De Indische wandelende tak
Nimfjes L2
Nimf L3
Nimf L4
Volwassen vrouw
Volwassen vrouw, rode okseltjes aan de voorpoten
Enkele persoonlijke ervaringen bij deze soort:
Deze soort is de bekendste soort wandelende tak, en ook veruit de makkelijkste. Dieren zijn groen, lichtbruin of donkerbruin gekleurd.
Zowel de eitjes als dieren kunnen alle omstandigheden aan. Droog, vochtig, licht, donker, warmer, kouder, etc.
Ze eten vrijwel alles. Braam, klimop, hazelaar, roos, eik, beuk,...
Ze eten vrijwel alles. Braam, klimop, hazelaar, roos, eik, beuk,...
Na de laatste vervelling is een rode kleur te zien aan de binnenkant van de voorpoten, en is de onderzijde van hun thorax (borststuk, tussen de voorpoten en middelste paar poten) ook lichtjes rood getint.
Van de eitjes die deze parthenogenetische soort legt, komt meer dan 90% uit.
Hou dus niet teveel eitjes bij.